Op een pluimveebedrijf in het West-Vlaamse Deerlijk is vrijdag een hoog pathogene variant van vogelgriep H5N8 vastgesteld. Dat meldt het FAVV in een persbericht. Hiermee staat de teller van besmettingshaarden op 4 in ons land.
Om een verdere verspreiding van het virus tegen te gaan, werd het pluimvee geruimd en worden een beschermingsgebied met een straal van 3 kilometer en een toezichtsgebied met een straal van 10 kilometer rond de haard ingesteld.
Vierde uitbraak vogelgriep
Het is de vierde uitbraak van vogelgriep bij pluimvee in ons land. Eind vorig jaar werd ook een hoog pathogene variant van het virus vastgesteld op een pluimveehouderij in Menen en bij een particuliere houder in Dinant, een pluimveehouderij in Diksmuide werd getroffen door een laag pathogene variant. Daarnaast zijn er ook besmettingen vastgesteld bij wilde vogels op een twintigtal locaties in West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen en Luik.
Bijkomende maatregelen rond de haard
Bovenop de maatregelen die gelden voor het hele land, wordt nu ook een extra perimeter rond de pluimveehouderij in Deerlijk ingesteld. Binnen dit gebied worden aanvullende maatregelen genomen, die voor onbepaalde duur van kracht zijn.
- In het toezichtsgebied (10km) is het verplaatsen van alle pluimvee, andere vogels en broedeieren verboden (doorvoer doorheen de zone is wel toegelaten). Elke houder van pluimvee moet zijn dieren in hun hok voeren en drenken. Bovendien moet elke professionele pluimveehouder in deze bufferzone binnen de 72 uur een inventaris opmaken waarin aangeven wordt hoeveel dieren er per soort gehouden worden.
- In het beschermingsgebied (3km) moeten pluimvee en de andere vogels in de stallen, gebouwen of hokken opgesloten worden. Het verplaatsen van alle pluimvee, andere vogels en broedeieren is verboden (doorvoer doorheen de zone is wel toegelaten). Bovendien moet elke professionele pluimveehouder binnen de 24 uur, en particuliere houder van pluimvee of vogels binnen de 48 uur, een inventaris opmaken waarin aangeven wordt hoeveel dieren er per soort gehouden worden.
In beide zones worden een reeks aanvullende bioveiligheidsmaatregelen opgelegd aan professionele bedrijven. Alle betrokken partijen uit de pluimveehouderijsector werden op de hoogte gebracht van de situatie.
Algemene ophokplicht blijft gelden
Het FAVV benadrukt dat de ophokplicht nog steeds verplicht is voor zowel professionele als particuliere pluimveehouders. Alle pluimvee moet worden opgehokt of door middel van netten worden afgeschermd zodat er geen contact met wilde vogels is. Wanneer houders een verhoogde sterfte opmerken, of bij elk ander symptoom van ziekte, moeten zij onmiddellijk hun dierenarts te contacteren.
Bron: VILT