De veestapel verkleinen kost handenvol geld en jobs, heeft een behoorlijke impact op de deelsector, maar een gering effect op de volledige economie. Dat stellen landbouweconomen Petra Berkhout en Linda de Puister van Wageningen Economic Research (WUR) in een vergelijkende studie. Tegelijk waarschuwen ze er voor dat enkel een afbouw van de veestapel geen soelaas zal brengen. “Om de milieuproblemen écht op te lossen moeten we niet alleen de productie, maar ook onze consumptie aanpassen”, klinkt het.
Hervorming landbouw
Net zoals in Nederland, woedt ook bij ons het debat over de milieu-impact van de landbouwsector. Het stikstofarrest heeft die polemiek in Vlaanderen in een nog grotere stroomversnelling gebracht. Verschillende politieke partijen en milieuverenigingen pleiten voor een hervorming van de landbouw, waarbij een afbouw van de veestapel één van de opties is.
Gevolgen van een krimp
Onderzoekers Petra Berkhout en Linda de Puister vergeleken verschillende Nederlandse beleidsmaatregelen zoals; een plafond aan stikstof- en fosfaatproductie, ingrepen in de mestmarkt en technische maatregelen. De studie kwam er naar aanleiding van de parlementsverkiezingen van deze week bij onze noorderburen. Ze becijferden dat een klimaatneutraal plafond aan de stikstof- en fosfaatproductie kan leiden tot; 12 procent minder melk- en vleeskoeien, 30 procent minder zeugen en 35 procent minder vleesvarkens. De Nederlandse veeteeltsector, inclusief toeleveranciers en dienstverlening, zou hiermee op jaarbasis zo’n 32.000 banen verliezen.
Nederlands aanbod omlaag drukken
“We hebben de gevolgen van een krimp voor de toegevoegde waarde en werkgelegenheid geanalyseerd. De rode draad uit die analyses is dat de effecten voor de betrokken sector en bedrijven behoorlijk kunnen zijn”, stellen de onderzoekers. “Afgezet tegen de toegevoegde waarde van het gehele agrocomplex, zijn de gevolgen echter te overzien en varieert de krimp van de sector tussen de 1 en 9 procent. Afgezet tegen de totale toegevoegde waarde van Nederland is het effect nog beperkter, omdat het economisch belang van de agrosector in Nederland relatief klein is.” Als we het aanbod vanuit Nederland omlaag drukken, zal dat elders gecompenseerd worden als de vraag niet mee daalt Petra Berkhout – Landbouweconoom WUR.
Elders gecompenseerd
Toch waarschuwen de onderzoekers ervoor dat een afbouw van de veestapel slechts één kant van de medaille is. “Als beleidsmakers alleen kijken naar de productie, krijg je een waterbed-effect”, stelt Berkhout. “Als we het aanbod vanuit Nederland omlaag drukken, zal dat elders gecompenseerd worden als de vraag niet mee daalt. Dan verschuif je de problemen alleen maar.” Als Nederland dus minder vleeskoeien gaat houden, maar evenveel rundvlees blijft eten, zal het aanbod in het buitenland stijgen. Berkhout roept daarom op om de focus breder te leggen dan enkel op productie. Beïnvloed ook de consumptie door bijvoorbeeld een vleestaks in te voeren.
Ruimtegebruik
Beide onderzoekers zijn zich ervan bewust dat hun studie maar een puzzelstukje is in de grote vraag hoe de toekomst van ons voedselsysteem eruit moet zien. “Deze studie alleen is niet genoeg om conclusies te trekken over waar het beleid naartoe moet”, aldus Berkhout. “Er wordt bijvoorbeeld niet gekeken naar ruimtegebruik, terwijl dat een ontzettend belangrijke discussie is wat betreft landbouw en biodiversiteit.”
Bron: Vilt