“De kip verwennen met een goed stalklimaat, dan verwent die jou ook.” Vleeskuikenhouder Age Bouma uit Tjerkgaast is scherp op de omstandigheden in zijn zes stallen. De keuze voor een volautomatische houtkachel pakt voor de Fries uitstekend uit. Lage stookkosten, droge stallen en een beheersbaar CO2-niveau leggen de basis voor uitstekende technische resultaten.
Vierduizend kuub verse houtsnippers gaat jaarlijks in de Binder-kachel, die in 2012 door Tubro Filter-, Lucht- en Verbrandingstechniek uit Enschede bij Age en Tineke Bouma is geplaatst. Met een vermogen van 850 kiloWatt wordt er warme lucht door de stallen én de woning van de familie Bouma geblazen. “Monsterachtig”, zo typeert de Friese vleeskuikenhouder het volautomatisch verwarmen vanuit de speciale kachelloods. “Eigenlijk is het een cv-ketel. Op hout gestookt.”
De aanvangstemperatuur voor de kuikens wordt in de stallen door warmtewisselaars op 37 graden gebracht. Langzaam maar zeker gaat de temperatuur naar beneden, waardoor na enkele weken vlak voor de aflevering het in de winter 18 en in de zomer 22 graden in de stallen is. “Het verdelen van de warmte door middel van een staffel werkt perfect. De kippen passen zich aan de situatie aan.”
Lage stookkosten voor pluimveehouder
De kachelloods is in 2012 gerealiseerd. Aansluitend op de realisatie van drie nieuwe en renovatie van de drie bestaande stallen. “We hebben toen geïnvesteerd in nieuwe voerpannen en nippellijnen. We werkten altijd met open verbranding, propaan. Dat moest anders met het oog op vocht en CO2. Aardgas was daarom ook geen optie, ook omdat er in dat geval een dikke leiding gelegd moest worden. Veel te duur.”
Veel pluimveehouders waren in die tijd al overgestapt op houtgestookt verwarmen. Ook omdat de stookkosten van acht naar drie cent konden worden gerealiseerd. “Een dikke radiator trekt met een vin de warmte uit het verwarmingselement van de kachel en brengt die over de kippen. Het is droge lucht. We hebben het vochtgehalte niet gemeten, maar je ziet aan het strooisel dat het veel droger is. Bovendien zijn de muren minder snel klam. Het is ook beter om een hok te bevochtigen, dan anders om. De basis is zo droog mogelijk.”
CO2 graadmeter technisch resultaat
CO2 is voor Bouma misschien wel de belangrijkste parameter voor een goed stalklimaat. “We hbben wel meters voor de relatieve vochtigheid, maar CO2 is in mijn optiek nog een betere graadmeter voor het technisch resultaat”, merkt Bouma op, “Je ziet daar in de hele sector een kentering ontstaan. Als de kuiken hier op het bedrijf komen, is het steeds vaker regelmaat dan uitzondering dat in de vrachtwagen een CO2-meter zit.”
Het CO2-gehalte wordt in ieder stal gemeten en bepaalt de mate van ventilatie. “De bovenventilatie is minimaal. 0,25 ppm CO2 is voor ons de streefwaarde. We gaan vier of vijf procent extra ventileren als de kuubs CO2 per kilo vierkante meter te hoog is. Is het gehalte te laag, dan gaan we ook weer terug in ventilatie. Dat bespaart energie.”
Goede resultaten bij pluimvee
Door het sturen met klimaat vertroetelt Bouma naar eigen zeggen zijn pluimvee. “Dat zie je ook aan hoe ze er in de stal bij liggen. Ze moeten zich wat verspreiden. Het moet ook niet te warm zijn, want dan krijgen ze last van de poten. Een iets lagere temperatuur lijkt wel de nieuwe standaard te worden. Dat hebben we in de loop van de tijd wel wat aangepast. We beginnen de eerste dagen vrij warm, maar brengen de temperatuur in een paar dagen geleidelijk al naar beneden. Het moet ook niet te koud worden, want dan zie je meteen dat de kwaliteit minder wordt.”
Het ‘vertroetelen’ zit niet alleen in een goed stalklimaat. In iedere stal wordt muziek gedraaid, zodat de kuikens gewend raken aan ‘onverwachte’ geluiden. Als er eens een vliegtuig over vliegt of de pluimveehouder komt zelf binnenlopen, ontstaat er geen stress. Om het bedrijfsresultaat verder te verbeteren, voegt Bouma aan het drinkwater oliën, kruiden en supplementen van leverancier AHC uit Heino toe. Dit heeft een gunstig effect op het darmstelsel van de kuikens. “De opname van voedingsstoffen uit het voer verbetert hierdoor ook.”
De zorg voor de vleeskuikens heeft effect. Gemiddeld 190.000 kippen leveren per koppel zo’n 450 ton vlees. Teruggerekend ligt de gemiddelde voederconversie over zeven ronden op 1,14. Het doorsnee gewicht is 2550 gram. Met de resultaten in onze zeven weekse cyclus behoren wij bij de beste vijf van voerleverancier De Valk Wekerom. Daar zijn we enorm trots op. Dit is natuurlijk niet alleen toe te schrijven aan klimaat, maar het is wel een ontzettend belangrijke factor. Aan het einde van de rit werkt het veel beter. Vrijwel alle stallen zijn antibioticavrij. Als we kijken naar voetzoollaesies loop het gewoon goed. Een droge stal is daarbij voor de kip ontzettend belangrijk.”
Pelletkachel als back-up
Als back-up voor de houtkachel heeft Bouma inmiddels een Hetz-pelletkachel van 499 kiloWatt via Tubro in bedrijf gesteld. Misschien een dure oplossing, maar de Fries bouwt hiermee veel zekerheid in. “Het vermogen van de houtkachel neemt wat af. Ik mag graag wat ventileren. ’s Winters heb ik nu wat capaciteit over. Als de waterbuffer onder de zeventig graden komt, start de pelletkachel automatisch op. Eigenlijk had ik nooit een goede back-up. Ja, een dieselkanon, maar dan is dit gewoon een veel betere oplossing.” Bouma is in Beetsterzwaag gaan kijken bij een vergelijkbare pelletkachel. “Het product is wel vier tot vijf keer zo duur, daarom is het ook puur een back-up. De pelletkachel konden we vorig jaar met een subsidie aanschaffen. Hetz is gewoon een degelijk merk. Bovendien past deze compacte kachel perfect in onze loods.”
Proef met ringleidingen
Ondanks dat Age Bouma tevreden is over het klimaat in zijn zes stallen sluit hij zijn ogen niet voor andere ontwikkelingen. Zo loopt er momenteel een proef met ringleidingen in de meest oostelijke stal. Het experiment is de Fries naar eigen inzicht gestart en in samenwerking stalinrichter FriLim uit Gorredijk opgezet. “Twee verwarmingsbuizen warmen koude lucht direct op. Groot voordeel is dat koude lucht sneller opwarmt en minder snel neerslaat. Hierdoor krijg je, in plaats van dat de koude eerst naar het plafond stijgt, een nog directere nabootsing van zomertemperatuur.”
De verwarmingsbuizen schakelen in als de temperatuur te laag is. Als dat niet lukt om temperatuur erbij te krijgen schakelen de warmtewisselaars in. De leidingen lopen door de hele stal. “Ook bij de deur. Die is weliswaar goed geïsoleerd, maar toch zie je dat er nog kou vanaf komt.”
Zonnepanelen
Voor de nabije toekomst ziet de pluimveehouder uit Tjerkgaast vooral kansen voor zonnepanelen op de staldaken. Momenteel liggen er op stal vier en vijf al 588 zonnepanelen. Daar komt dit jaar nog 1814 bij. Waar op andere plekken wel gesproken wordt over een verstoord klimaat, door de aanwezigheid van de zonnepanelen, is daar bij Bouma geen sprake van. “Sterker nog, de allerbeste stal die ik heb is juist die van zonnepanelen. De warmte wordt bij ons omgezet in energie en niet op de golfplaten. Afgelopen ronde hadden we in stal vier een voederconversie van 0,95. Ik blijf me hierover verbazen. 0,95… Ongelooflijk toch?”
Tekst en foto’s: Martin de Vries